TPO Doorgaan

Hosselen

22-04-2014 00:02

“Is dat niet wat voor jullie, om interviewen te plaatsen van topvrouwen in jullie sector?” Ik kijk de man tegenover mij aan en slik mijn laatste slok witte wijn door. Brutaal voeg ik eraan toe: “Daar ben ik wel goed in.” Was het de wijn of zelfkennis? Twee jaar geleden zou ik zeggen: de wijn. Ik was net gestopt met mijn goede baan in de advocatuur om schrijver te worden. Ik ging solliciteren voor copywriter en voor allerhande journalistieke functies. En met mij mede vele Neerlandica. Zelfs op de aller- aller- aller saaiste copywritebanen bij de minst glansrijke technische bedrijven, solliciteerde minstens honderd beter gekwalificeerden dan ik. Gevolg: ik werd amper (niet) uitgenodigd op gesprek.

Dus werd ik ondernemer, niet eens uit vrije wil eigenlijk. Maar dan kreeg ik mijn stukjes misschien nog verkocht. Na een paar artikels besloot ik mijn Twitterbiografie aan te passen. Ik durfde er niet meteen ‘journalist’ op te zetten. Journalist, dat mocht ik willen. Ook al is de titel onbeschermd, het kwam mij wat pretentieus over. Bang voor de ervaringsvraag noemde ik mij ‘juridisch schrijver’. Over het tweede wist ik vrij weinig, maar het eerste, daarover mocht je me de hemd van het lijf over vragen. Dus gooide ik het daar maar op.

Thank god. Het duurde denk ik twee weken tot ik een privébericht kreeg of ik een keer wilde praten met een grote juridische uitgeverij. Een belletje, even langskomen en het was geregeld. Ik ging advocaten interviewen. “Helaas niet inhoudelijk, maar misschien hebben we daar nog wel een andere taak voor. Vind je dat goed?” Binnen twee weken en in nog geen 160 tekens veranderde mijn ondernemersbestaan van ‘armzalige barmedewerker die er wat bij schrijft’ naar een ‘heel aardig betaalde schrijver’.

Stiekem

Het specialiseren, dat ik stiekem deed uit angst, bleek mijn kracht te zijn. Mijn vorige huisgenoot zei eens over bedrijven en organisaties: “Je moet op zoek gaan naar een sleutel om binnen te komen.” Ik besefte me toen nog niet dat specialisatie een sleutel is, welk huis ik binnen was gestapt en hoeveel kamers het had.

Ik ging advocaten interviewen en Rotterdamse ondernemers. Daarna startte ik interviewserie met topvrouwen in de advocatuur. Mijn juridische kennis gecombineerd met mijn inmiddels opgedane journalistieke ervaring, mondde uit in een rechtbankverslagenserie. En toen bedacht ik me, ik kan wel een communicatiebureau starten voor juristen. Ik ken de wet en de regels van de communicatie. En dat bleek weer een ingang te zijn om niet alleen voor behouden advocaten te schrijven, maar om te schrijven voor ook andere bedrijven, zoals tassenmakers en ontwerpers.

Rode draad

Eigenlijk hossel ik dus mijn specialisaties bij elkaar. Ik schrijf een stukje en daar link ik mijn ervaring aan en dan schrijf ik weer een stukje. Nu ik achterom kijk, zie ik een rode draad. En ik durf het nu eindelijk eens uit te spreken. Want ook bij elkaar gehosselde ervaring is ervaring. Trouwens, misschien is alle ervaring wel bij elkaar gehosseld.

Terugkomend op mijn specialisatie ‘vrouwen interviewen’. Misschien was het wel de wijn. Maar die wijn deed wel mijn zelfkennis spreken. En plotseling, realiseer ik mij, zijn de sleutels van de specialisatie niet die van een huis, zo’n doorzonwoninkje waarvan de straat is vernoemd naar een ster in de melkweg, maar die van grote kastelen, met tuinen er omheen en hier en daar een meiboom en een zwaan. En plotseling ben ik geen ondernemer meer omdat het moet, maar omdat ik het wil.